F-4E, F-4F

Operationeel:

U.S.A.F: 1967-1991.

Luftwaffe: 1973-2013.

De eerste eenheid in Europa, die werd uitgerust met de F-4E (aug. 1969), was het 32nd Squadron gestationeerd op vlb. Soesterberg in

Nederland. Op deze foto de meest geavanceerde F-4E-versie, waarmee het 32nd T.F.S. heeft gevlogen, gefotografeerd in 1978, het jaar

waarin de F-4E “PHANTOMS” van het squadron alweer zouden worden vervangen door een nieuw type gevechts-vliegtuig: de F-15A “EAGLE”.

                                                                                                                                                                                                                                                      Foto: C. Vermolen.

Er zijn meer als 1380 F-4E mo-

dellen  geproduceerd, die wer-

den geleverd aan verschillende

Luchtmachten in de wereld, ook

aan de Griekse Luchtmacht, die

er aanvankelijk tussen 1974 en

1978 35 stuks heeft ontvangen.

RECHTS:

Juist geland op Kleine Brogel

is de F-4E-56-MC 72-01525 van

338 Mira Dioxis Vomvardismou/

117 Pteriga Machis uit Andra-

vida, Griekenland.

(Kleine Brogel 17 juli, 2007).

              Foto: C. Vermolen.

Eén der beroemdste straaljagers ooit gebouwd, is ongetwijfeld de F-4E “PHANTOM II”. Hier staan drie F-4E “PHANTOMS” op de lijn van

het 22nd T.F.S./36th T.F.W. uit Bitburg, tijdens de Tactical Weapons Meet van 1976, op vliegbasis Twenthe.  De twee voorste F-4E’s

zijn gereed om zo dadelijk te vertrekken.                                                                          Foto: C. Vermolen.

LINKS:   Vanaf 1972 hebben er 140

stuks F-4EJ “PHANTOM II’s” bij de

Japanse Luchtverdediging gevlogen.

Deze F-4EJ-47-MC 37-8311 was hier

van het 301 Hikotai/5 Kokudan, op

Nyutabaru. 

De F-4EJ’s werden door Mitsubishi

in licentie gebouwd.

          Foto: ?, coll. C. Vermolen.

De belangrijkste verbeteringen in

vergelijk met de oudere F-4D-ver-

sie, waren het M61 ‘Vulcan’ kanon

onder de verlengde neus en nieuwe

krachtigere motoren, bij de F-4E-

versie.  De F-4E’s hebben tijdens

hun bestaan meerdere modificaties

ondergaan, waaronder: de ‘Leading

Edge Slats’, op de F-4E boven wel

zichtbaar, maar niet bij de F-4EJ

op de foto links. De F-4EJ’s wer-

den later wel uitgerust met flaps

aan de vleugel-voorrand.

Foto: C. Vermolen.

Foto: J. Los, coll. C. Vermolen.

    Foto onder:  In de latere camouflage-kleuren, dezelfde 38+60 (serial no. 72-1270), nu echter vliegend bij JG. 72 van Rheine-

    Hopsten, hier te zien op Kleine Brogel (20 juli 2005). Het embleem (steigerend paard), behoorde vóór 1997 toe aan JaBoG. 33.